Wet gewasbeschermingsmiddelen en biociden
Artikel 124 Besluiten inzake gewasbeschermingsmiddelen of biociden waarvan de werkzame stoffen zijn opgenomen in de vierde fase van het werkprogramma of zijn bestemd voor biologische landbouw
1
Het college besluit volgens bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels op aanvraag tot toelating van gewasbeschermingsmiddelen of biociden als bedoeld in artikel 121, eerste lid:
? waarvan de werkzame stoffen zijn opgenomen in communautaire maatregelen voor de uitvoering van de vierde fase van het werkprogramma als bedoeld in artikel 8, tweede lid, tweede alinea, van richtlijn 91/414/EEG, of
? die volgens bijlage II, onderdeel B, bij Verordening nr. 2092/91/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 24 juni 1991 inzake de biologische produktiemethode en aanduidingen dienaangaande op landbouwprodukten en levensmiddelen (PbEG L 198), onder de bij deze verordening gestelde voorwaarden voor gebruik bij biologische productiemethoden in aanmerking kunnen komen en waarvan de werkzame stof is opgenomen in bijlage II, onderdeel B, bij genoemde verordening.
2
Artikel 122, vierde lid, is van overeenkomstige toepassing.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.